Kategori:Nederländska/Verb
Hoppa till navigering
Hoppa till sök
(föregående sida) (nästa sida)
Denna kategori innehåller samtliga uppslag där minst en av definitionerna har taggats som "Verb". Orden kan även tillhöra andra kategorier; se respektive uppslagsord.
Se även kategorierna: ← Kategoristartsida, Svenska/Verb, Nederländska/Alla uppslag, Nederländska, Verb
Underkategorier
Denna kategori har endast följande underkategori.
*
- Nederländska/Verbformer (34 sidor)
Artiklar i kategori "Nederländska/Verb"
Följande 200 sidor (av totalt 434) finns i denna kategori.
(föregående sida) (nästa sida)A
- aaien
- aanbieden
- aanduiden
- aanelkaarweven
- aannemen
- aanraden
- aanraken
- aantreffen
- aanvragen
- aanwakkeren
- aanwennen
- aanwijzen
- abonneren
- absorberen
- abstraheren
- accepteren
- accrediteren
- accumuleren
- achterhalen
- acquireren
- activeren
- ademhalen
- adopteren
- adresseren
- afdanken
- afhandelen
- afkondigen
- afslaan
- afspreken
- afstemmen
- afwisselen
- afzagen
- ageren
- alarmeren
- alfabetiseren
- amortiseren
- amputeren
- amuseren
- analyseren
- annexeren
- annonceren
- annuleren
- antwoorden
- applaudisseren
- argumenteren
- assimileren
- assisteren
- associëren
- attaqueren
- avanceren
B
- babbelen
- bagtelliseren
- bakken
- balanceren
- barricaderen
- baseren
- bedelen
- bedoelen
- begaan
- begeren
- begrijpen
- begroten
- behandelen
- beïnvloeden
- bengelen
- beperken
- berekenen
- besmeuren
- besnoeien
- bespieden
- besteden
- bestempelen
- bestraffen
- betalen
- bevestigen
- bevrijden
- bewaren
- bewijzen
- bijkomen
- bijten
- bivakkeren
- biwakieren
- blaten
- blazen
- bloeden
- blokkeren
- boeien
- bombarderen
- bouwen
- boycotten
- breien
- brouwen
- budgetteren
- bundelen
C
D
- dans
- dansen
- dateren
- debuteren
- declareren
- declineren
- decoreren
- deelnemen
- definiëren
- de handdoek in de ring werpen
- delegeren
- demonstreren
- demoraliseren
- deporteren
- deren
- deserteren
- desillusioneren
- desinfecteren
- destilleren
- determineren
- diagnosticeren
- dienen
- dineren
- dirigeren
- discrimineren
- discussiëren
- diskwalificeren
- doen
- domineren
- doodbloeden
- doodgaan
- doorbrengen
- doorgaan
- doorgeven
- doorleren
- doorlopen
- doorspelen
- doorvertellen
- downloaden
- dromen
- druppelen
- dubbelklikken